"Ik vind falen heel normaal"
Een gesprek met regisseur Jürgen Gosch

Achtergrond - 26 september 2003

(26 september 2003) Op vrijdag 17 oktober vindt in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag de première van Molières 'Tartuffe' door het Nationale Toneel plaats. De regie is in handen van de Duitse regisseur Jürgen Gosch (Schauspielhaus Berlin), die regelmatig in Nederland werkt. Wat drijft een gerenommeerde Duitse regisseur om met Nederlandse acteurs te werken? En hoe ervaart hij de verschillen tussen het Nederlandse en het Duitse theaterlandschap? De redactie van Duitslandweb had een gesprek met Jürgen Gosch, over zijn ervaringen in Nederland, zijn wijze van regisseren en zijn ultieme droomproductie.

Een groot verschil tussen de Nederlandse en de Duitse theaterwereld is, dat men in Nederland werkt met reizende theatergezelschappen, terwijl in Duitsland de theatergroepen aan één bepaald Schauspielhaus verbonden zijn. Nederlandse toneelacteurs spelen een tijd lang slechts één rol, terwijl Duitse acteurs een heel repertoire van tien à vijftien stukken naast elkaar opvoeren. Gosch twijfelt of de voordelen van het Nederlandse systeem (iedere avond een ander publiek om te bespelen) opwegen tegen de nadelen (het toneelbeeld is in ieder theater anders). Dit heeft er mee te maken, dat voor Gosch de ruimte van het theater waar een stuk wordt opgevoerd, enorm bepalend is. De grootte van het podium, de omvang van de zaal en ook de sfeer die het theater uitademt, zijn voor Gosch van essentieel belang voor het slagen van een voorstelling. Daarin is hij dan ook zeer kritisch, het moet precies goed zijn: "Meistens wenn ich ins Theater gehe, gefällt mir das Theater nicht." Ook over de verbouwde Koninklijke Schouwburg heeft Gosch zijn twijfels. Voor de verbouwing vond hij het mooier.

Wil een toneelvoorstelling slagen, dan moet er voor Gosch harmonie bestaan tussen de acteurs, het toneelbeeld en het tekstmateriaal. De acteurs zijn dus ook in hoge mate bepalend voor de uiteindelijke uitvoering. Alhoewel Gosch zich van tevoren uitvoerig met de tekst bezighoudt, ontstaat het stuk uiteindelijk puur in samenspel met de acteurs. Tijdens de repetities krijgt het stuk pas zijn uiteindelijke vorm door de inbreng van de acteurs. In sommige gevallen laat Gosch zelfs de keuze voor een bepaald stuk van de acteurs afhangen, zoals in het geval van 'Tartuffe', waar hij is uitgegaan van de hoofdrolvertolkers Rik van Uffelen en Wil van Kralingen.

Omdat een toneelproductie van zoveel verschillende factoren afhangt, is Gosch bijna nooit helemaal tevreden over het eindproduct: "Es ist ganz selten dass mir was gefällt. Meistens gefallen mir auch meine eigenen Sachen nicht." Deze uitspraak is typerend voor de Duitse regisseur. Tijdens het gesprek ontstaat het beeld van een bescheiden, maar zeer gedreven en perfectionistische regisseur, die nog altijd niet is uitgekeken op zijn werk in het theater. Hij zal dan ook niet snel zijn werkveld verleggen van toneel naar film. Gosch ziet in het toneel nog veel mogelijkheden en uitdagingen. Dat hij tijdens het werk steeds weer nieuwe dingen ontdekt, houdt het spannend en bevredigend: "Ich fühle mich total befriedigt. Ob ich wirkllich je dahinter komme, wie das funktioniert mit dem Theater, ich weiß es nicht."


Tot slot vroegen we Gosch zijn ultieme droomproductie te beschrijven. Momenteel stoort hem het ritme, waarin hij telkens twee maanden ergens aan werkt, en vervolgens verder gaat naar de volgende opdracht die op hem wacht. Hierdoor heeft hij nooit tijd, om het stuk en de acteurs gedurende de speelperiode te volgen. Na de première zit zijn werk er meestal op, en heeft hij niet meer de kans de reacties van het publiek te observeren. Het lijkt de perfectionistisch ingestelde Gosch een heerlijke ervaring om eens een half jaar lang met één project bezig te zijn. Of hij op die manier iets zal kunnen maken, waarover hij volstrekt tevreden is? Het commentaar van Gosch daarop luidt: "Ich bin nie zufrieden. Ich halte das Scheitern eher für das Normale." Desondanks komt Jürgen Gosch niet over als een gefrustreerd toneelregisseur, maar als iemand die met plezier en overgave bezig is met zijn werk. Waarschijnlijk schuilt daarin juist zijn kracht. Voor de Nederlandse toneelwereld moet het een compliment zijn, dat hij zo graag hier werkt.

Diana van den Broek is webredacteur bij Duitslandweb. Anne-Will Fisser studeert geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en loopt momenteel stage bij de redactie van Duitslandweb.

Vrijdag 17 oktober
'Tartuffe' van Molière

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger