Duitslandweb logo Duitslandweb

Hans Stimmann
De bazige bouwmeeester van het nieuwe Berlijn

Achtergrond - 10 september 2007

Niemand had een grotere invloed op de stadsplanning van Berlijn na de val van de Muur dan Hans Stimmann. Zijn strakke regels maakten hem onder architecten tot meest verafschuwde ambtenaar van de Duitse hoofdstad.

 Geliefd, gehaat en invloedrijk. De carrière van Hans Stimmann (SPD) als stadsbouwmeester (Senatsbaudirektor) in Berlijn heeft zijn sporen achtergelaten.

Van 1991 tot 2006 zwaaide Stimmann namens het stadsbestuur de scepter over het bouwbedrijf in de Duitse hoofdstad. Medestanders, waaronder de vermaarde architect Josef Paul Kleinhues, loofden hem omdat hij het wezen van Berlijn wist te behouden. Avant-gardistische sterarchitecten als de Nederlander Rem Koolhaas verketterden hem, vanwege zijn "provinciale" visie en verstikkende regels. Uiteindelijk keerde de laatste groep de Duitse hoofdstad de rug toe, woedend en gefrustreerd in het besef dat van Stimmann niet te winnen viel.

Braakliggende vlaktes

Om de hoek bij zijn statige woonhuis aan het schilderachtige, laat negentiende-eeuwse Viktoria-Luise-Platz nodigt Hans Stimmann gasten graag uit voor een drankje. Met zijn rijzige gestalte, witte snor en dito haardos ziet de gepromoveerde stedenbouwkundige er niet uit als een burgerlijke provincieman. Wel verraadt de scherpe, harde blik van de net gepensioneerde Baudirektor direct de eigenschap die hem immuun maakte voor de kritiek die hij over zich heen kreeg: hij weet precies wat hij wil. Misschien wel iets te goed.

Een karaktertrek die zijn tegenstanders deed koken van woede, was dat de geboren Lübecker er prat op ging goede van slechte architectuur te kunnen onderscheiden.

Toen Stimmann in 1991 aantrad als bouwmeester van Berlijn, dromde de internationale architectenelite samen om in de net verenigde stad gedurfde nieuwe standaards te zetten. Grote bedrijven stonden in de rij met miljoenenorders om prestigieuze kantoren te vestigen.

De bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog en de kaalslag door de bouw van de Muur hadden de Duitse hoofdstad opgezadeld met een stadscentrum vol braakliggende vlaktes. Het maakte Berlijn tot het gedroomde land voor de avant-garde onder de architecten. Zij wilden de stad opnieuw uitvinden, als teken van een nieuwe tijd.

Hans Stimmann wilde dat niet. En dat wil hij nog steeds niet.

Traditie

Een van Stimmanns tics is dat hij bijna nooit van huis gaat zonder een aantal oude stadskaarten. Ook deze keer heeft hij een aantal meegenomen. Bedachtzaam trekt hij met zijn vinger over het Berlijn van 1778. “Bij mijn aantreden heb ik gezegd: we maken niet dezelfde fouten als in 1945 of 1933. We hoeven niks nieuws te maken. Kijk maar op de kaart, Berlijn is er al. Met nieuwe tijdperken hebben we in de geschiedenis al genoeg ellende gehad.”

De sociaaldemocraat werd roemrucht als voorvechter van het concept ‘kritische reconstructie’, een begrip dat teruggrijpt naar de negentiende-eeuwse stad als ideaalbeeld. Kritische reconstructie moest de fouten uit het verleden herstellen, lees: de architectonische erfenis van nationaalsocialisme, communisme en modernisme.

Megalomane bouwprojecten, wolkenkrabbbers en zielloze flatwijken, ze konden van Stimmann allemaal de prullenbak in. “Berlijn is twee keer verwoest”, is één van Stimmanns bekendste uitspraken. “Een keer door de bommen en een keer door de naoorlogse stedenbouwkundigen.”

De Bausenator wilde terug naar de menselijke maat, de ‘Europese stad’ met een complex, dicht bebouwd centrum en historisch gegroeid stratenpatroon. “Een stad is niet op één dag ontworpen, een stad is een verhaal.”

Terug naar de Berlijnse blokbouw

Kritische reconstructie betekent overigens niet dat zijn voorvechters exacte kopieën willen neerzetten van verdwenen gebouwen, zoals gebeurde met hotel Adlon aan het Pariser Platz. Dat is het andere uiterste: de onkritische reconstructie. Stimmann stelde alleen strakke randvoorwaarden aan nieuwe bouwprojecten. Volgens zijn tegenstanders een negentiendeeeuws korset.  

Stimmann baseerde zijn kritische reconstructie op wat hij ziet als de Berlijnse bouwtraditie, de blokbouw. Huizenblokken niet hoger dan vijf verdiepingen (30 meter) met een binnenhof en een stenen façade. Daarnaast moeten wonen, werken en recreëren in één wijk mogelijk zijn, dus geen modernistische scheiding van functies. Dat levert in zijn ogen alleen maar stille woonwijken op en bedrijvenparken die na vijven uitgestorven zijn. Het Berlijnse stratenpatroon, volgens Stimmann het ‘geheugen van de stad’ verklaarde de Baudirektor onaantastbaar.

Voorbeelden van kritisch gereconstrueerde plekken zijn het Pariser Platz aan de Brandenburger Tor en de Friedrichstrasse. Waar het Pariser Platz met zijn smaakvolle natuurstenen gebouwen als geslaagd wordt gezien – de nieuwe percelen sluiten naadloos aan bij de chique Unter den Linden en de Brandenburger Tor – kan de vernieuwde Friedrichstrasse op minder complimenten rekenen. De straat is volgens haar critici uniform, stijf en doods geworden.

Zere been

Dat Stimmanns regels zo'n enorme weerstand opriepen, komt niet in de laatste plaats omdat hij brak met de meest Berlijnse onder de Berlijnse tradities: innovatie. De controverse over kritische reconstructie ontaardde daarmee in een debat over de aard van Berlijn. De stad gaat er immers nog altijd prat op dat voortdurende verandering zijn enige traditie is, geheel naar de tot cliché verworden uitspraak van publicist en kunsthistoricus Karl Scheffer uit 1910: “Berlijn is gedoemd altijd te worden, maar nooit te zijn.”

Dat Stimmann het wezen van Berlijn wortelde in de negentiende eeuw en daarbovenop het neoclassicisme verhief tot esthetische kern van de stad, was zijn critici een ongehoord affront, een directe aanval op het ‘ware’ Berlijnse karakter.

Bovendien, betoogden Stimmann-haters als de vermaarde architect Daniel Libeskind, bouwer van het wereldberoemde Joods Museum in Berlijn, had de stadsbouwmeester totaal geen oog voor alles wat ná de negentiende eeuw gerealiseerd was.

De erfenis van twee wereldoorlogen, het modernisme uit de Weimarrepubliek, de architectuur uit de DDR, het kreeg geen plaats in Stimmanns gedroomde Europese stad. Alsof de twintigste eeuw onopgemerkt voorbij was gegaan. Op zoek naar een vrolijker tijdperk sloeg Stimmann de zwarte bladzijden uit de Duitse geschiedenis vluchtig over, aldus Libeskind vilein.

De Bausenator wordt nog regelmatig verweten met zijn onbuigzame houding grote geesten als Koolhaas en Libeskind uit de stad te hebben verjaagd. De twee architecten lieten het in elk geval niet na zich met veel tamtam van de Duitse hoofdstad af te keren, een beschuldigende vinger naar Stimmann wijzend. “Ik ben uitgemaakt voor alles wat lelijk is”, verzucht Stimmann. “Maar impopulair zijn hoort bij mijn ambt.”

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

Lees meer over 'Berlijn':

Een andere 9 november

Een andere 9 november

9 november stond dit jaar in het teken van het geweld tegen Joden in 1938. De val van de Muur verdween naar de achtergrond, merkte columnist Merlijn Schoonenboom.


Lees meer

Een zeer Duits syndroom

Een zeer Duits syndroom

Columnist Merlijn Schoonenboom verdiept zich in het fenomeen van een verzonnen joodse identiteit.


Lees meer

De nieuwe Berlijnse tweedeling

De nieuwe Berlijnse tweedeling

De verkiezingsuitslag in Berlijn legde een nieuwe deling bloot in de hoofdstad, ziet columnist Merlijn Schoonenboom.


Lees meer

Architect wil Teufelsberg nieuw leven inblazen

Architect wil Teufelsberg nieuw leven inblazen

Een architect heeft plannen voor het oude afluisterstation bij Berlijn, dat vooral het terrein is van kunstenaars.


Lees meer


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger