Gemengd kijken in Leiden
Voetbalcolumn

Achtergrond - 16 juni 2004 - Auteur: Marja Verburg

De Duitse ambassade nodigde uit voor een "iets andere" live-uitzending van de wedstrijd Nederland-Duitsland op de Universiteit Leiden. Ik kijk graag naar voetbalwedstrijden tussen Nederland en Duitsland. Sinds mijn voetbalontwaken tijdens het EK 88, toen wij Europees kampioen werden, heb ik menig Duitser weten te stangen met het zingen van "zwei-eiheins, zwei-eins".

 Tijdens mijn Berlijnse jaren (1996 en 1999-2003) werd ik in dat opzicht iets volwassener. Ik leerde het Duitse elftal kennen (vooral in 1996 een stuk sympathieker dan de ruziemakende verwende vedetten van Nederland) en het enthousiasme van mijn Duitse vrienden voor hun team was veel prettiger dan het Nederlandse opgefokte geschreeuw. Maar een EK- of WK-wedstrijd Nederland-Duitsland werd er in die tijd niet gespeeld, dus was gisteren mijn eerste kans op gemengd kijken.

Met een Nederlands-Duits vriendenclubje reden we naar Leiden, vol spanning over wat ons te wachten stond. Zou alles wat Duits was in Nederland er zijn? Of zouden er vijf verdwaalde ambassademedewerkers in pak zitten? Ik had voor de zekerheid mijn oranje kroon meegenomen, maar hem nog niet opgezet, want opportunistisch als ik ben val ik niet graag uit de toon.

Bratwurst en haring

Eenmaal binnen liet ik algauw mijn reserves varen. Er waren zo'n zestig mensen, voornamelijk Nederlanders, die zich tegoed deden aan Bratwurst en haring, en toen ik de zwart-rood-gouden stropdas van ambassadeur Duckwitz zag, zette ik direct mijn oranje kroon op. De andere Nederlander in ons gezelschap hulde zich in een rood-wit-blauwe vlag en zo vielen wij niet eens zo heel erg op. Ik zag veel oranje overhemden en accesoires, tegenover een enkel Duits voetbalshirt. We waren er klaar voor.

 De wedstrijd kon in twee talen gevolgd worden: in de ene zaal, waar je moest staan, stond de ZDF op, in de andere, waar zitplaatsen waren, Nederland 2. Het aanwezige publiek, voor het grootste deel toch officieel in pak, ging er graag bij zitten. Ambassadeur Duckwitz hield een inleidend praatje, maar onderbrak zichzelf onmiddellijk toen hij zag dat hij door het Nederlands volkslied heen praatte. Het geluid werd snel hard gezet.

Duits doelpunt

Ik kreeg het heen en weer. Kon ik me op de wedstrijd concentreren of moest ik proberen leuke quotes op te vangen tijdens de wedstrijd? Moest ik het Duitse commentaar volgen op het ZDF-scherm? Of moest ik in de Nederlandse zaal blijven waar de meeste mensen zaten? Hoeveel Duitsers waren er eigenlijk? Die laatste vraag werd na een half uur beantwoord toen het Duitse doelpunt viel. Tien blije Duitsers sprongen op, vijftig gefrustreerde Nederlanders bleven zitten.

Ik spoedde mij naar de ZDF-zaal, maar daar was het beeld niet anders. Een gelaten stemming maakte zich van mij meester: nu we achter stonden, zouden we het er natuurlijk weer bij laten zitten. Als het op wilskracht of uithoudingsvermogen aankomt, verliezen we natuurlijk. Kijk nou, de ene Nederlandse overtreding na de andere, etc. En ik dacht aan Katja, die in Berlijn echt tussen allemaal Duitsers zou zitten. In de pauze snel gesmst: met "aiaiai" en "SHIIIIIIT" hadden we onze gevoelens perfect onder woorden gebracht.

Oranje kroon

In de tweede helft bleken de zenders gewisseld: je kon nu in de zitzaal de ZDF volgen. Ik had een plekje achterin gevonden, een paar haringen met uitjes als voorraad naast me, en de spanning kwam er weer een beetje in. Maar omdat wij bedachten dat we een goede foto van juichend publiek moesten maken, waren wij druk in de weer met onze digitale camera, toen iedereen opeens opsprong. "Wat?!" riep ik verbijsterd, want ik zag niets. Maar er stonden allemaal Nederlanders te schreeuwen, dus moesten we wel gescoord hebben.

Nu werd ik weer helemaal mijn oude zelf en begon tegen het beeldscherm te roepen: "Nu moeten we ze pakken! Kom op, nu doorzetten!" Toen ik een camera op me gericht zag, realiseerde ik me dat ik met een oranje kroon op mijn hoofd zenuwachtig in mijn handen stond te klappen en danste alsof ik heel nodig naar de WC moest.

Waardig

Het contrast met mijn Duitse vriendin was wel heel groot. Op mijn vraag hoe ze zich voelde, zei ze: "Ik zou het leuk vinden als Nederland wint, maar ik merkte dat ik in mijn hart trots was toen Duitsland scoorde." Zo mooi en waardig, waarom kan ik dat nou niet?

Gelukkig was ik na de wedstrijd heel snel weer gekalmeerd en liet ik me door de Duitse radio, die opeens een microfoon onder mijn neus duwde, niet uit mijn tent lokken. "Wat wenst u de Duitsers toe?" vroeg de reporter mij suggestief, kijkend naar mijn kroon en hopend op een gemene qoute. "Niets slechts", zei ik naar waarheid. Als wij maar doorgaan naar de volgende ronde, maar dat dacht ik alleen maar.

Marja Verburg is als mederwerker Voorlichting en Projecten werkzaam bij het Duitsland Instituut Amsterdam

Foto's: Antje Winter en Marja Verburg

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger