Een subtiele spagaat in het Midden-Oosten
Een historische kijk op Duitse diplomatie in een crisisregio

Achtergrond - 4 januari 2007

(4 januari 2007) Duitsland speelt in de crisisdimplomatie rond het Midden-Oosten een steeds belangrijker rol. Als bemiddelaar wordt het land serieus genomen door zowel Israël als de Arabische regimes. Duitslands subtiele spagaatpolitiek in historisch perspectief.

Sinds de aanslagen van 11 september en de Irak-oorlog is Duitslands subtiele spagaatpolitiek in het Midden-Oosten in een nieuw daglicht komen te staan. Kanselier Schröder – die de Duitse buitenlandse politiek een assertiever, meer op eigenbelang gefixeerd karakter gaf – heeft de banden met de Arabische landen geïntensiveerd. Schröder en zijn minister van Buitenlandse Zaken, Joschka Fischer, toonden zich bevreesd voor een Clash of Civilizations tussen het Westen en de Islam en wierpen zich gaandeweg op als bruggenbouwers tussen deze twee van elkaar vervreemdende werelden.

Het duo kon op veel goodwill in de Arabische wereld rekenen vanwege zijn verzet tegen de Amerikaanse aanval op Irak in 2003 en prominente rol bij de wederopbouw van Afghanistan. Schröder schroomde als Genosse der Bosse niet de belangen van het Duitse bedrijfsleven kracht bij te zetten. Zo maakte hij in 2003 en 2005 twee lucratieve reizen door de Golfstaten.

Tegelijkertijd hield minister Fischer de deur naar Israël open; in zijn in 2005 verschenen boek Die Rückkehr der Geschichte roept Fischer de EU-lidstaten expliciet op "het bestaansrecht van Israël, de enige werkelijke democratie en moderne, op vrijheid gebaseerde samenleving in het Midden-Oosten, zonder voorbehouden te ondersteunen". Belichaamde Schröder de lijn van Brandt en Schmidt, Fischer leek meer in de lijn van Adenauer en Kohl te opereren.

Turbulent

De opvolgers van Schröder en Fischer, kanselier Merkel en minister Steinmeier, borduren in feite voort op deze zelfbewuste politiek, zij het dat Merkel het voornaamste aanspreekpunt van Israël is en Steinmeier – een voormalige adviseur van Schröder – meer aandacht besteedt aan de Arabische landen. Dit werd bijvoorbeeld duidelijk tijdens de Libanon-crisis van afgelopen zomer. Voorts kan men stellen dat Duitsland welhaast automatisch tot een middenpositie is veroordeeld, nu Groot-Brittannië steeds meer in pro- Israëlische richting is opgeschoven, terwijl Frankrijk zijn traditioneel goede banden met de moslimlanden blijft koesteren (daarin bijgevallen door Italië).

Merkel en Steinmeier hebben op 1 januari het EU-voorzitterschap overgenomen van het als ‘pro-Arabisch’ geldende Finland. Hun streven is de Unie, na de onenigheid tussen de lidstaten over de te volgen strategie ten aanzien van het conflict tussen Israël en Libanon (en Hezbollah), voortaan weer met één stem te laten spreken. Zij zullen de Duitse evenwichtskunst nu dus op de EU als geheel moeten projecteren. De kans dat dit zal lukken en Europa door de kemphanen in de turbulente regio eindelijk als een global player zal worden gezien, is echter niet bijster groot. Aan Duitslands doordachte Midden-Oosten-politiek, zoals die zich de afgelopen decennia heeft ontwikkeld, zal het in ieder geval niet liggen.

Jeroen Bult is verbonden aan het Institute of International & Social Studies in Tallinn.

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger