Vluchten kan niet meer
DDR tot bouw Muur: 1949-1961
Het West-Duitse boulevardblad Bild kopte op 16 augustus 1961: `Het Westen doet niets!' Dat was een kernachtige samenvatting van de crisissituatie die de bouw van de Muur teweeg had gebracht. Het Westen accepteerde gelaten de nieuwe status quo, die zou standhouden tot de avond van 9 november 1989.
De dood van Peter Fechter schokte het Westen. Hij werd neergeschoten bij de Berlijnse Muur toen hij naar het Westen probeerde te vluchten.
De Muur was het sluitstuk van de verdeling van Europa en van Duitsland. Het bezwoer een aanhoudende crisis die leiders in Oost én West hoofdbrekens had bezorgd. Ook in het Westen haalde men stiekem opgelucht adem. De Amerikanen gaven aan dat ze alles zouden doen om West-Berlijn te verdedigen maar verder dan dat gingen ze niet.
Daarmee haalden ze een dikke streep door de Politik der Stärke van de West-Duitse bondskanselier Adenauer. De West-Duitsers moesten constateren dat hun NAVO-bondgenoten niet tot het uiterste zouden gaan om een Duitse vereniging te bewerkstelligen. In die zin gaf de bouw van de Muur dan ook de aanzet tot de Ostpolitik van Willy Brandt. Die was toen nog burgemeester van West-Berlijn, maar zou vijf jaar later minister van Buitenlandse Zaken worden. Brandt ontwikkelde een strategie waarin hij toenadering zocht met de DDR en de Sovjet-Unie zonder de Westerse bondgenoten van zich te vervreemden.
De les voor Ulbricht was duidelijk. Hij had, voor een hoge prijs, stabiliteit gekocht voor zijn Oost-Duitsland. Door de laatste vluchtroute naar het Westen hermetisch af te sluiten, kon hij zich nu gaan richten op de ontwikkeling van de Oost-Duitse economie.
Het leek aanvankelijk vanuit zijn gezichtspunt ook een nuttige investering. De DDR-economie vertoonde in de jaren zestig een bescheiden groei. De bevolking van Oost-Duitsland bleef ontluisterd achter. Rust en stabiliteit voor Midden-Europa was over hun ruggen veiliggesteld. Het Westen zou hen niet te hulp schieten.
Keerzijde van de medaille was dat de internationale gemeenschap en de inwoners van Oost- én West-Duitsland na de Muur gedwongen werden de DDR als staat serieus te nemen, of ze dat nu wilden of niet.